Au, doornen!  


Wie kent er pruimen met doornen?

Au! Dat deed effe pijn. Een pomoloog zet niet vlot een afbeelding van zijn kapotte handpalm op het Internet, maar dit keer is het een goede introductie tot een item.

Als altijd op zoek naar bijzondere exemplaren van vruchten, waren dit keer pruimpjes en kroosjes het doel van de struintocht. Ze staan op een plek waar al vele eeuwen fruitcultuur is. Volgens de eigenaar is het fruit aan de wortelopslag hetzelfde als aan de bomen die op een ontoegankelijke, niet voor voertuigen en daardoor niet door machines beroerde plek staan of stonden. Wellicht zijn dit dus ongeënte "oerrassen".

Uw redacteur mocht het één en ander uitsteken. Stom natuurlijk, zonder werkhandschoenen. Verder was voortgaande spoed niet goed. Bij enkele van de pruimenrassen bleken fikse doornen aan de stam te zitten.

Volgens de eigenaar zijn het (onder andere) Boerenpruimen. Uw redacteur is vooral geen pruimendeskundige.

Wie kent er pruimen met enorme stekeldoornen?

Als u ze niet kent, ook prima. Geniet u dan maar van een afbeelding van een pruim met ferme stekels, die nu, 24 februari 2007, al in bloei aan het komen is.

En de handpalm? Ach, gelukkig is er tegenwoordig jodium die niet prikt.........

AU!

Lieflijk, pruimpjes in de knop

Doornen groter dan van bramen én met bloemknopjes!

Stekels!

Foto's: Bas van Andel

Aanvulling van Jan Veel

Uw redacteur gaf het eerlijk aan: van pruimen geen verstand. Je bent een gelukkig mens als je bevriende collegae hebt, die er meer verstand van hebben dan jij en je nog willen helpen ook.

De door mij hooggewaardeerde opperredacteur van de met de POM bevriende Noordelijke Pomologische Vereniging, Jan Veel, heeft gelukkig wel verstand van pruimen.

Hij stuurde mij de volgende informatie:

"Wilde pruimen en de meeste (doorgeschoten) onderstammen zijn bezet met doornen. Vroeger zijn er veel verschillende onderstammen gebruikt. Sommige daarvan, Myrobolan, Brompton Mussels en Pershore hebben tot 10 cm lange doorns, het Geel Kroosje zelfs tot 15 cm lange. St. Julien A heeft erg veel doorns die sterk variëren in grootte, daarom is deze uit de teelt verdwenen. De meest gebruikte onderstam, St. Julien C, heeft heel weinig doorns. Dat is één van de redenen, naast de goede vergroeiing van de ent, dat alleen deze onderstam in de teelt is overgebleven".

Jan bedankt. Misschien had ik je tevoren moeten uitnodigen voor een cursus "preventieve ARBO voor pomologen".

En Jan, als je nog es iets wil weten over Driekwartnoten, Knolperen of Kafappels of zo, graag tot wederdienst bereid!

En tot slot: als je es op mijn mooiste pomologische plekjes een kijkje wilt nemen, wees mijn gast!



Aan de inhoud van deze pagina kunnen geen rechten worden ontleend
©2001- POMologische Vereniging Noord-Holland