Ponds Seedling
Synoniemen: Gelderse Kwets, Plum de l’Inde, Ponds Sämling.
Herkomst: Engeland rond 1850.
Vrucht: groot, langwerpig, ovaal. De huid is mooi helder tot donkerrood met een donslaag; het
vruchtvlees is geelachtig, sappig en matig zoet; de steen laat slecht los.
Boom: sterk groei, maar blijft klein.
Teelt: zelffertiel met een grote vruchtbaarheid. Sterke dunning is nodig om vruchten van
voldoende omvang en smaak te verkrijgen. De rijping is laat. Gevoeligheid voor ziekten is
gering.
Bizonderheden: Een goede pruim om te drogen.
Kwaliteit: Door de grote vruchtbaarheid blijft bij onvoldoende dunning de Ponds Seedling een
slecht smakende vrucht.
4 maart 2012