De Forelle: historisch perenras
als luxe Zuid-Afrikaanse prachtpeer
bij grootgrutter in het schap
 


Introductie: een dure, mooie peer in de supermarkt…

Juli. Het is hoogzomer. De Hollandse fruitkisten beginnen leeg te raken. Boomgaardeniers hebben nog geen nieuwe oogst. Pas rond 18 juli is de Janbaas rijp. Tot die tijd zullen we van armoe óf producten uit de betere koelinstallaties óf producten uit zuidelijker streken, beter: het zuidelijk halfrond, moeten gebruiken.

Als je in het schap niet gelijk naar de Conference loopt, zie je nog wel es iets speciaals. Dit keer de Forelle, volgens het etiketje op de peer. Een prachtige bicolore peer, felrood, bijna ossenbloedachtig rood met spikkels overlopend naar een hel geelgroene achtergrond. Een uitvinding van een Nieuw-Zeelands of Vlaams, misschien wel Wagenings veredelingsinstituut, was mijn eerste (verkeerde) gedachte. Voor 2,99 de kilo. Welaan, zeker de toekomst, dacht ik verder. Zeker geteeld in clubverband waarbij veredeling, boomteelt en afzet binnen een gesloten keten plaatsvindt. Dacht ik nog steeds verkeerd verder.

Met de nodige weerzin om bij een grootgrutter voor fruit geld neer te leggen terwijl mijn boomgaard overvol hangt met nog niet plukrijp fruit pakte ik 4 peren. Bij de kassa bleken zij 840 gram te wegen. Dit kwam neer op 2 euro en 51 cent voor deze 4 peren. En de zuinige Hollander dacht toen: dat is 63 eurocent per peer, dus nota bene wel bijna 1 oude gulden en 40 oude centen voor één peer. Ik zal een andere keer maar vragen of de arme sloebers in Zuid- Afrika (waar de peer vandaan geïmporteerd bleken te zijn, bleek bij nadere bestudering van het etiketje) daar veel beter van geworden zijn.

Ik ga terug naar de reden van dit schrijven: de nieuwsgierigheid naar de oorsprong en de geschiedenis van dit perenras.

De geschiedenis van de Forelle

In het Nederlandse taalgebied is, althans op het Internet, vrij weinig over de Forellepeer geschreven. Alleen op de prachtige webstek van Bongerd Groote Veen en de Tuinkrant plus op enkele sites van Duitse boomkwekers is over de (Nordhauser) Forellepeer, geschreven. Enige voorzichtigheid is geboden; een voor “echte”pomologen gevaarlijke aanname (die ik hier toch maar maak) is dat we het zowel bij Bongerd Groote Veen als in de Tuinkrant als bij de Duitse boomkwekers als bij de hieronder gefotografeerde Zuid-Afrikaanse Forelle over dezelfde variëteit hebben. Toch maar tijd voor unieke Latijnse rasnamen? Laten we het vooral niet hebben over genetische identificatie, ook al zou dan alle discussie verstommen.

In het Duitse taalgebied is er meer geschreven over de Forelle, vooral op websites van fruitboomtelers. Twee Nederlandse websites bevatten een toereikende historische analyse. Enige mijlpalen verdienen het hieronder genoemd te worden.

Een Duitse website geeft aan dat de peer waarschijnlijk op het einde van de 17e eeuw als toevalszaailing “ontstaan” is . Het spoor gaat voorts terug naar rond 1800 in Saksen, Duitsland. Ene Sickler kreeg van ene Rennicke uit Nordhausen vruchten van een Forellenbirne. Een Herfstforelle uit Nordhausen zou de moeder kunnen zijn van de Winterforelle. De benaming “Winterforelle” is volgens de literatuur synoniem voor “Forelle” of Nordhauser Winterforelle/Forellenbirne.

In 1853 oordeelden de Duitse pomologen–vergadering dat de peer geschikt was voor algemene aanplant.

In 1864 is de Forelle voor het eerst in de handel gebracht door ene Heer Von der Foehr.

In 1948 wordt de Forelle afgevoerd van de Nederlandse beschrijvende rassenlijst wegens onvoldoende vruchtbaarheid en grote vatbaarheid voor schurft.

In de verdere literatuur in Nederland komt de Forelle naar voren als een in ons land zeldzame verschijning. Op de assortimentslijsten van onze grote vaderlandse boomkwekers van historische fruitrassen komt hij niet voor. Toch staan er in Nederland Winterforellenperenbomen. Eén vindplaats is de abdijtuin van het Dominicanenklooster in Egmond Binnen. Ook in Bongerd Groote Veen in Eelde staat er één. Verdere vindplaatsen zijn in ons land zeldzaam.

Afbeeldingen van de Forelle: een mooie schildering

Om de nieuwsgierigheid te bevredigen: eerst een modern, maar op oude wijze gemaakt beeld van de peer. Met toestemming overgenomen van Olaf Schnelle van “Essbare Landschaften GmbH” van de prachtige Duitse website

Afbeeldingen van de Forelle: De Zuid-Afrikaanse Forelle uit de supermarkt.

Gegrepen door de schoonheid van de Forelle deze keer relatief weinig tekst maar veel plaatjes van de Forelle

Foto: Bas van Andel

Foto: Bas van Andel

Foto: Bas van Andel

Foto: Bas van Andel

De smaak van de Forelle

Soms trekt men een (onmogelijke, maar wel sprekende) vergelijking: de vrucht oogt mooier dan zij smaakt. Dat gaat voor deze Forelle niet op. Ook al is het van origine een winterpeer, het afgebeelde Zuid-Afrikaans exemplaar, thuis koel bewaard in de koelkast, bleek op een hete julidag een verfrissende dorstlesser. Fris en fruitig, met betrekkelijk vast, bijna knapperig vruchtvlees en toch genoeg, goed sap een goed, niet uitgesproken aroma, goed van smaak, prima!

Verdere informatie

Onder “Verder lezen” zijn twee Nederlandse web-vindplaatsen genoemd met veel feitelijke informatie over de (Nordhauser Winter-) Forelle. Goed werk moet men niet over willen doen, maar bewieroken. Ik verwijs de lezer dan ook naar die vindplaatsen.

Resterende vragen

Toch blijven er vragen. Ten eerste waarom deze peer in de mij bekende assortimenten van telers van (ook de oude) fruitrassen ontbreekt. Schurft is toch al lang al dan niet chemisch te voorkomen? En de bemestingsleer heeft toch voortgang geboekt, evenals de kennis van onderstammen, zodat de vruchtbaarheid beter gereguleerd kan worden? Of is het de plotselinge “schokachtige vruchtval” als gevolg van oktobernevels die telers kopschuw maakt? Volgens de literatuur moet men zodra deze plotse vruchtval optreedt acuut oogsten. Dat is uiteraard lastig als men hectares tegelijk teelt. Maar dan desnoods als “bijgewas” moet de teelt toch interessant zijn, gelet op de prijs die de peer in de winkel opbrengt. Of kan ons vochtige, relatief koele klimaat met zijn schurft- en oktoberval-risico echt niet opboksen tegen het Italiaanse, Australische en Nieuw-Zeelandse klimaat, waarin de peer wél geteeld wordt? Of is het klimaat in onze lage landen, los van oktobernevelen en schurftverwekkende vochtgraad, niet goed = warm, zonnig genoeg voor de Forelle? In Nederlandse literatuur leest men dat de Forelle 135 tot maximaal 200 gram weegt. Het Zuid- Afrikaanse product zit gemiddeld 10 gram boven dat maximum-gewicht .

Of is er een ander probleem? Is de vorm van de peren niet meetkundig bijna-identiek genoeg voor de keurmeesters in de fruitteelt? Telen Nederlandse fruittelers daarom deze peer niet? Heeft de fruitsector met zijn kwaliteits- en vooral uniformiteitseisen zichzelf de das omgedaan wat betreft deze peer? Stelt schaalvergroting in de fruitsector zulke randvoorwaarden aan fruit dat schoonheid niet meer gewaardeerd kan worden? In Duitsland moet het product voor zoveel % rood zijn, mede op basis dáárvan wordt de Forelle geklasseerd.

Of zouden onze Zuid-Afrikaanse vrienden betere onderstammen gebruiken of een ander geheim van de smid hebben?

Of zouden onze veredelaars zo gefocussed zijn op veredeling van noviteiten dat men oude variëteiten, met inmiddels oplosbare ziekteproblemen, niet genoeg in het oog heeft? Zou men onze vrienden bij de fruitteeltproeftuin moeten wijzen op het spreekwoord “Wie het oude niet eert, is het nieuwe niet weerd”?

Of worden we door de perenveredelaars en smaakdeskundigen aangezien voor zoetekauwen die een frisse peer niet meer appetijtelijk vinden?

Of hebben ze in landen als Zuid-Afrika, Italië, Australië gewoon domweg een betere neus voor en betere waardering van wat mooi én lekker is?

Wie het weet mag het zeggen. Aanvullingen (bij voorkeur met antwoorden) op dit artikel kunnen geplaatst worden.

Verder lezen:

Reactie op artikel door Bob Jongejans:

"Aangemoedigd door je aankoop van de Forelle heb ik ook wat Forellenperen gekocht in de supermarkt.

Het lijkt me duidelijk wat er aan de hand is. De smaak is heerlijk, heeft iets aparts maar heeft een heel kort gebruikstraject. Daardoor heeft hij het natuurlijk afgelegd tegen de Doyenné de Comice en de Conference, om nog maar niet te spreken over de Légipont die het allemaal wat langer uithouden om lekker te zijn. In de rassenlijst (je weet wel de officiële) 2 t/m 6 komt de Forellenpeer nog voor. Kennelijk heeft hij daarna commercieel het loodje gelegd."



Aan de inhoud van deze pagina kunnen geen rechten worden ontleend
©2001- POMologische Vereniging Noord-Holland